Standbeeld militaire doden (De Panne - WOI-WOII)
Toegevoegd op 18 augustus 2010 door mive
Afbeelding toegevoegd door mive
Kunstenaar:
niet gekend
niet gekend
Opschrift:
op het voetstuk 'Aan onze wapenbroeders voor recht en vryheid gevallen', 'A nos frères d'armes'
op de plint '1914-1918' - '1940-1945'
op de achterkant: op de bronzen gedenkplaat 'Namen der Gesneuvelde Soldaten van De Panne'.
Op het podium: '1940-1945' en de namen Brouckou H. en Lingier P.
op het voetstuk 'Aan onze wapenbroeders voor recht en vryheid gevallen', 'A nos frères d'armes'
op de plint '1914-1918' - '1940-1945'
op de achterkant: op de bronzen gedenkplaat 'Namen der Gesneuvelde Soldaten van De Panne'.
Op het podium: '1940-1945' en de namen Brouckou H. en Lingier P.
Plaatsbeschrijving:
De Panne - Koning Albertplein, achter tramhalte
De Panne - Koning Albertplein, achter tramhalte
H. 500 cm x Br. 432 cm x D. 472 cm
Uitvoering: Jul. Bernaers (naar verluidt gesigneerd op het hardsteen);
Fonderie Natle des bronzes, J. Peterman, St.-Gilles, Bruxelles (gesigneerd op het brons) (zelde fonderie als van beeld van Delporte in Tienen)
In een achthoekig bloemperk staat op een meerdelig podium met afgeronde hoeken, een bronzen beeld op een hoge smalle sokkel (met een fries van laurier- en eikenblad), rustend op een brede plint. Het beeld stelt een jonge vrouw voor in sierlijk gedrapeerd kleed, met S-vormig profiel. In de ene hand houdt zij een helm, versierd met lauwerkrans, met de andere hand houdt zij het heft van een dolk tegen de wang aangedrukt. Tegen de achterkant van het voetstuk werd een zwaar hardstenen kruis geplaatst, waarin een bronzen gedenkplaat is ingewerkt.
Historische Achtergrond
Het monument voor de militaire doden van WOI werd in 1922 in aanwezigheid van koning Albert onthuld. Later werden de namen van de militaire doden van WOII toegevoegd. Vanaf oktober 1914 werd de Panne overstroomd door vluchtelingen en geallieerde militairen. Door Duitsers zou het nooit bezet worden, meer nog, De Panne wordt vaak 'de feitelijke hoofdstad van onbezet België' genoemd. Dit vooral omdat koning Albert en zijn gezin in een villa van dit hinterland verbleef. Van hieruit leidde hij zijn troepen en ontving hij buitenlandse delegaties, en dat terwijl de Belgische regering in Frankrijk zat. Ook in de andere villa's van de badstad waren hoogwaardigheidsbekleders gevestigd. Daarnaast hadden bijna alle maatschappelijke, culturele en liefdadige werken hier hun zetel. Hier werden dagbladen, zoals 'De Belgischen Standaard', uitgegeven en gedrukt. De militairen die hier van hun frontdienst kwamen uitrusten, konden hun vrije tijd over de jaren steeds meer cultureel invullen, met lezen, schrijven en toneel, voordrachten, concerten, tentoonstellingen en lessen bijwonen. De Panne was sedert eind 1914 ook de stad waar een hospitaal o.l.v. Dr. Depage in hotel L'Océan gevestigd was (zie http://www.standbeelden.be/standbeeld/825). Troepen werden in De Panne geschouwd en tot oefeningen verplicht, hun uniformen konden hier gereinigd worden, de militairen konden hier baden. In de periode 1914-1915 was het in De Panne op gebied van militaire activiteit relatief rustig, op een paar (dodelijke) beschietingen en duikbootacties na. Eind 1915 – begin 1916 kwam hierin een verandering, toen de gemeente herhaaldelijk bestookt werd door vliegtuigen, zeppelins en oorlogsschepen. In de tweede helft van 1917 vervingen Britse troepen de Franse in de sector Nieuwpoort, om dan weer door Belgen afgelost te worden. Midden augustus verlieten Koning Albert en Koningin Elisabeth De Panne omwille van het oorlogsgeweld. Toen eind september 1918 het Geallieerde Eindoffensief losbarstte, stroomden de gekwetsten toe in L'Océan. Op 16 oktober werd De Panne voor het laatst beschoten. Eind oktober was de gemeente uiterst dun bevolkt, ook de hofhouding had De Panne definitief verlaten. Meer dan de helft van de gebouwen waren beschadigd.
Bron: VIOE http://inventaris.vioe.be/woi/relict/1092
Uitvoering: Jul. Bernaers (naar verluidt gesigneerd op het hardsteen);
Fonderie Natle des bronzes, J. Peterman, St.-Gilles, Bruxelles (gesigneerd op het brons) (zelde fonderie als van beeld van Delporte in Tienen)
In een achthoekig bloemperk staat op een meerdelig podium met afgeronde hoeken, een bronzen beeld op een hoge smalle sokkel (met een fries van laurier- en eikenblad), rustend op een brede plint. Het beeld stelt een jonge vrouw voor in sierlijk gedrapeerd kleed, met S-vormig profiel. In de ene hand houdt zij een helm, versierd met lauwerkrans, met de andere hand houdt zij het heft van een dolk tegen de wang aangedrukt. Tegen de achterkant van het voetstuk werd een zwaar hardstenen kruis geplaatst, waarin een bronzen gedenkplaat is ingewerkt.
Historische Achtergrond
Het monument voor de militaire doden van WOI werd in 1922 in aanwezigheid van koning Albert onthuld. Later werden de namen van de militaire doden van WOII toegevoegd. Vanaf oktober 1914 werd de Panne overstroomd door vluchtelingen en geallieerde militairen. Door Duitsers zou het nooit bezet worden, meer nog, De Panne wordt vaak 'de feitelijke hoofdstad van onbezet België' genoemd. Dit vooral omdat koning Albert en zijn gezin in een villa van dit hinterland verbleef. Van hieruit leidde hij zijn troepen en ontving hij buitenlandse delegaties, en dat terwijl de Belgische regering in Frankrijk zat. Ook in de andere villa's van de badstad waren hoogwaardigheidsbekleders gevestigd. Daarnaast hadden bijna alle maatschappelijke, culturele en liefdadige werken hier hun zetel. Hier werden dagbladen, zoals 'De Belgischen Standaard', uitgegeven en gedrukt. De militairen die hier van hun frontdienst kwamen uitrusten, konden hun vrije tijd over de jaren steeds meer cultureel invullen, met lezen, schrijven en toneel, voordrachten, concerten, tentoonstellingen en lessen bijwonen. De Panne was sedert eind 1914 ook de stad waar een hospitaal o.l.v. Dr. Depage in hotel L'Océan gevestigd was (zie http://www.standbeelden.be/standbeeld/825). Troepen werden in De Panne geschouwd en tot oefeningen verplicht, hun uniformen konden hier gereinigd worden, de militairen konden hier baden. In de periode 1914-1915 was het in De Panne op gebied van militaire activiteit relatief rustig, op een paar (dodelijke) beschietingen en duikbootacties na. Eind 1915 – begin 1916 kwam hierin een verandering, toen de gemeente herhaaldelijk bestookt werd door vliegtuigen, zeppelins en oorlogsschepen. In de tweede helft van 1917 vervingen Britse troepen de Franse in de sector Nieuwpoort, om dan weer door Belgen afgelost te worden. Midden augustus verlieten Koning Albert en Koningin Elisabeth De Panne omwille van het oorlogsgeweld. Toen eind september 1918 het Geallieerde Eindoffensief losbarstte, stroomden de gekwetsten toe in L'Océan. Op 16 oktober werd De Panne voor het laatst beschoten. Eind oktober was de gemeente uiterst dun bevolkt, ook de hofhouding had De Panne definitief verlaten. Meer dan de helft van de gebouwen waren beschadigd.
Bron: VIOE http://inventaris.vioe.be/woi/relict/1092