Graaf Arnold IV van Loon
Toegevoegd op 15 maart 2011 door Dirk-Everts
Afbeelding toegevoegd door Dirk-Everts
Arnold IV (? - waarsch. 22 februari 1273) was de elfde graaf van Loon van 1227 tot 1273. Hij was de opvolger van zijn broer Lodewijk III. Zijn regering - 46 jaar - is de langste uit de geschiedenis van het graafschap.
In 1232 verleende hij de stad Hasselt een vrijheidscharter (stadsrechten) met dezelfde rechten en voordelen als Luik. Maaseik en Stokkem verwierven die stadsrechten in 1244.
In naam van de Heilige en onverdeelde Drievuldigheid. Arnold, graaf van Loon, aan allen die dit schrift zullen lezen heil in eeuwigheid. Meestal pleegt er betwisting te ontstaan over de menselijke handelingen, tenzij ze door gezegelde brieven vereeuwigd zijn. Het weze dus bekend aan onze generatie en aan de toekomende, dat ik Arnold, graaf van Loon, hetzelfde recht en dezelfde vrijheid, die de bisschopsstad Luik bezit, in alles en over alles, zowel van rechtswege als door de gewoonte, aan mijn villa Hasselt heb geschonken, om ze voor eeuwig te genieten, vermits zij datzelfde recht en diezelfde vrijheid van mijn voorgangers gekregen heeft, behoudens nochtans voor mij en mijn nakomelingen, de molens, brouwerijen, tollen en mijn andere inkomsten reeds geïnd of nog te innen. Opdat echter deze vrijheid volkomen en ongeschonden voortschrijde heb ik ze samen met de edelen en notabelen van mijn land bevestigd en heb ik dit getuigschrift door het aanhangen van mijn zegel bekrachtigd. Gedaan en gegeven plechtig in de maand mei in het jaar 's Heren geboorte 1232.
In naam van de Heilige en onverdeelde Drievuldigheid. Arnold, graaf van Loon, aan allen die dit schrift zullen lezen heil in eeuwigheid. Meestal pleegt er betwisting te ontstaan over de menselijke handelingen, tenzij ze door gezegelde brieven vereeuwigd zijn. Het weze dus bekend aan onze generatie en aan de toekomende, dat ik Arnold, graaf van Loon, hetzelfde recht en dezelfde vrijheid, die de bisschopsstad Luik bezit, in alles en over alles, zowel van rechtswege als door de gewoonte, aan mijn villa Hasselt heb geschonken, om ze voor eeuwig te genieten, vermits zij datzelfde recht en diezelfde vrijheid van mijn voorgangers gekregen heeft, behoudens nochtans voor mij en mijn nakomelingen, de molens, brouwerijen, tollen en mijn andere inkomsten reeds geïnd of nog te innen. Opdat echter deze vrijheid volkomen en ongeschonden voortschrijde heb ik ze samen met de edelen en notabelen van mijn land bevestigd en heb ik dit getuigschrift door het aanhangen van mijn zegel bekrachtigd. Gedaan en gegeven plechtig in de maand mei in het jaar 's Heren geboorte 1232.