Kardinaal Mercier
Toegevoegd op 18 februari 2010 door monlouis
Afbeelding toegevoegd door monlouis
Kunstenaar:
niet gekend
niet gekend
Opschrift:
D.J. CARD. MERCIER
1851 - 1926
D.J. CARD. MERCIER
1851 - 1926
Plaatsbeschrijving:
Brussel - Sint-Goedeleplein
Brussel - Sint-Goedeleplein
Desiré Félicien François Joseph kardinaal Mercier (Eigenbrakel, 21 november 1851 - Brussel, 23 januari 1926) was een Belgisch aartsbisschop, kardinaal en metropoliet.
Hij werd tot priester gewijd in 1874, benoemd tot aartsbisschop van het aartsbisdom Mechelen in 1906 en in 1907 tot metropoliet van België; beide bleef hij tot aan zijn dood.
Hij was de stichter van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte aan de Katholieke Universiteit Leuven en van de Union Internationale d'Etudes Sociales.
Hij werd bekend door zijn moedige houding ten opzichte van de Duitsers tijdens de Eerste Wereldoorlog. Door zijn herderlijke brieven, waarin het verzet van de bevolking tegen de Duitse bezetting tot uiting kwam, kreeg hij groot aanzien in eigen land en bij de Geallieerden. Bij de patriottische Franstalige gemeenschap van België was zijn reputatie ijzersterk.
Verder streefde hij naar een eenmaking met de Anglicaanse Kerk door middel van de Mechelse gesprekken (1921-1926), die hij voorzat en die de voorwaarden onderzochten voor een hereniging van de Rooms-katholieke Kerk en de Anglicaanse Kerk.
Doordat hij zich hevig verzette tegen de vernederlandsing van het Franstalige onderwijs in Vlaanderen werd Mercier in eigen land als een Vlamingenhater beschouwd.
(Bron : wikipedia)
Hij werd tot priester gewijd in 1874, benoemd tot aartsbisschop van het aartsbisdom Mechelen in 1906 en in 1907 tot metropoliet van België; beide bleef hij tot aan zijn dood.
Hij was de stichter van het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte aan de Katholieke Universiteit Leuven en van de Union Internationale d'Etudes Sociales.
Hij werd bekend door zijn moedige houding ten opzichte van de Duitsers tijdens de Eerste Wereldoorlog. Door zijn herderlijke brieven, waarin het verzet van de bevolking tegen de Duitse bezetting tot uiting kwam, kreeg hij groot aanzien in eigen land en bij de Geallieerden. Bij de patriottische Franstalige gemeenschap van België was zijn reputatie ijzersterk.
Verder streefde hij naar een eenmaking met de Anglicaanse Kerk door middel van de Mechelse gesprekken (1921-1926), die hij voorzat en die de voorwaarden onderzochten voor een hereniging van de Rooms-katholieke Kerk en de Anglicaanse Kerk.
Doordat hij zich hevig verzette tegen de vernederlandsing van het Franstalige onderwijs in Vlaanderen werd Mercier in eigen land als een Vlamingenhater beschouwd.
(Bron : wikipedia)